woensdag 31 augustus 2011

The end and a new beginning

Het is voorbij! Ik ben weer terug in het koude Nederland waar het wel herfst lijkt te zijn. Maar eerst mijn laatste dag in New York..

The Heartland Brewery, een prima restaurant waar ik met mijn zus Tara en m'n vader in 2009 tweemaal heb gegeten en ons altijd bij is gebleven, kan ik natuurlijk niet overslaan. Op dinsdag, aan het begin van de avond, waan ik me weer door de menigte heen die zich op en vooral ook rondom Times Square bevindt, op zoek naar de Heartland Brewery. Hij zit nog steeds op dezelfde locatie: op de 51e straat tussen de 6e en 7e avenue. Ik ben alleen en krijg een tafel aangewezen met zich op de straat, waar ik uitkijk op de vele hardwerkende New Yorkers die van hun werk onderweg naar huis zijn, of naar de sportschool, of naar een restaurant. New York is een uitzonderlijke stad voor uitzonderlijke mensen, haar inwoners zijn uniek. Ze werken hard, en met hard werken wordt ook letterlijk hárd werken bedoeld. Het nastreven van een glanzende carrière is hier een vanzelfsprekendheid en men moet gedreven zijn ervoor te gaan, ambitieus zijn en zelfbewust zijn. New Yorkers lopen zo'n 30% harder dan Nederlanders en dat is ook nodig, want het leven dat men hier leidt is druk. Men moet gedreven zijn om in deze stad te willen overleven en er vooral alles aan doen om gezien te worden. Daarbij komt het schoonheidsideaal dat in het hoofd van veel New Yorkers zit; sommigen liggen op één van hun écht vrije dagen (een Amerikaan heeft gemiddeld 12 vakantiedagen per jaar) de hele dag te bakken op het strand en bezoeken in de avond een zonnebank om nog wat bij te bruinen. Enfin, de stad leeft, is energiek en heel uiteenlopend: wat je tegenkomt is verschillend, divers maar vaak erg bijzonder.

Ik dwaal af van mijn onderwerp, ondertussen staat mijn steak met friet voor me. Mij is weer een heerlijke maaltijd voorgezet bij de brewery en de service is prima en Amerikaans snel - de serveerster verdient van mij een goede fooi en ik word daar uitbundig voor bedankt met woorden als ''Thank you soooo much'' en ''I really really do appreciate this''. Het was niets bijzonders, maar wie serveert in Amerika moet het vaak hebben van de fooien die worden ontvangen. Het is daarom niet ongebruikelijk om zelfs 10% fooi te geven voor slechte service, het is onderdeel van de cultuur en als toerist heb je je daaraan aan te passen. Ik heb er geen moeite mee.
Het is nog vroeg in de avond dus ik koop wat souvenirs rondom de 42e straat en ik slaag goed bij de Foot Locker met witte Adidasschoenen. Ze zijn hier een stuk goedkoper dan in Nederland.
Ik heb lang genoeg alleen door de stad gelopen en vind mijn weg terug naar mijn ho(s)tel waar mijn kamergenoten moe op bed liggen, ze zijn weer eens in een tijdschrift of boek aan het lezen. Gelukkig is iedereen nog wakker en dus trommel ik drie mensen op om mee naar Times Square te gaan. Ze hebben er zin in en nadat iedereen is omgekleed en zich, dat moest weer een half uur duren bij Shabanna, heeft opgemaakt, lopen we door de ''donkere'' straten van Manhattan naar Times Square. We komen er wat bekende Disneyfiguren tegen die er rondlopen om toeristen een plezier te doen, en gaan dan op de trappen zitten waar we het heel gezellig hebben. Rond middernacht lopen we terug naar het Gershwin hotel aan de 28e straat, maar eerst gaan we nog even op de foto met de NYPD - dat konden we niet laten schieten natuurlijk.

Als ik de dag erna wakker word staan m'n spullen al klaar naast m'n bed. Het heeft me gisteren zo'n twee uur gekost om alles uit m'n koffers te halen en deze helemaal vanaf het begin weer in te pakken. Ik heb een grote vuilniszak waar ik alle rotzooi ingooi die ik niet mee naar Europa wil nemen, want in 6 weken in de USA spaar je heel wat dingen op waar je makkelijk zonder kunt. Ik heb voor de schoonmaaksters veel achtergelaten, maar ik sta uiteindelijk keurig op tijd bij de receptie om uit te checken. Kort na me volgt mijn Russische kamergenoot die ook uitcheckt. We laten onze koffers bewaakt achter en gaan dan met Shabanna en Matteo richting het Empire State Building om daar met z'n vieren te ontbijten bij het Europa Café, wat ik toch nog even wil bezoeken voordat ik New York verlaat - ook dit is in 2009 goed bevallen. Het ontbijt is niet zo goedkoop als ik in mijn hoofd had, maar voor de laatste ochtend moet dat kunnen.  We nemen afscheid naast het Empire State Building omdat Matteo en Shabanna de metro gaan pakken naar Coney Island. Ik ga naar de Macy's en Fifth Avenue om nog snel wat inkopen te doen.

Om 2 uur 's middags sta ik, precies zoals gepland, met mijn spullen voor mijn hotel. Ik hou een gele taxi aan en vraag de chauffeur om me naar Penn Station te brengen. Jammer, jammer, jammer om naar huis te moeten gaan en mijn laatste ritje door New York te maken. Vanaf Penn Station neem ik een directe Long Island Rail Road-trein naar Jamaica Station, vanwaar ik een AirTrain naar JFK terminal 4 neem. De LIRR is, zoals ik al eerder op internet had vernomen, gigantisch lang. Naast me zitten bouwvakkers die van Manhattan naar huis in Queens gaan, als ik ze vertel dat ik uit Nederland kom beginnen ze meteen over onze ING-bank die ook in Amerika vestigingen heeft. De meesten beginnen meteen over Amsterdam, deze New Yorkers dus kennelijk niet.
Drie uur voor vertrek ben ik op JFK waar ik in de lange incheckrij ga staan van Iberia. Er staat een lange rij omdat het de grote avondvlucht naar Madrid/Barcelona betreft. Ik check in en kan, verrast als ik ben, twee koffers gratis inchecken. Daar maak ik gebruik van: mijn koffer is te zwaar maar met wat geschuif hoef ik dus helemaal niets bij te betalen! Iberia is de enige Europese luchtvaartmaatschappij waarvan ik weet dat het twee koffers gratis accepteert, recent is er namelijk besloten dat op transatlantische vluchten moet worden betaald voor een tweede koffer. Ik krijg mijn boarding passen uitgereikt en ga langs de TSA (security), waar ik zonder enig probleem door kan lopen. Ze zijn verrassend aardig dit keer maar het neemt weer heel wat minuten in beslag: riem af, schoenen uit, laptop uit mijn tas en in een aparte bak, alle andere electronica waaronder fototoestel, iPod en camera in een andere bak en mijn tas en schoenen ook weer in een andere bak. Vervolgens mag ik dan zelf door het poortje lopen om vervolgens al mijn eigendommen weer bij elkaar te rapen en mijn voeten weer terug aan te kleden. Het is bij iedere vlucht dezelfde routine, en ik kan weer met een gerust hart het vliegtuig instappen...



...en dat doe ik om half 6 oost-Amerikaanse tijd. Ik ga aan boord van Iberia's airbus a340-600 die me naar Madrid zal brengen en daarna door zal vliegen naar Barcelona. Er staat een lange rij als we gaan boarden maar na een paar minuten heb ik mijn stoel al gevonden: 12A, aan het raam, naast een Italiaanse man die met zijn vrouw en zoon, die een rij voor ons zitten, naar New York is gereisd. Om 6 uur worden we van de gate weggeduwd waarna we in een file terechtkomen. Deze file is gebruikelijk voor vliegveld aan de oostkust van de Verenigde Staten rond dit tijdstip: aan het begin van de avond vertrekken (bijna) alle transatlantische vluchten naar Europa. De vluchten naar Amsterdam, Parijs, Londen, Rome, Frankfurt, Zurich, Madrid, Milaan, Munchen, Oslo, Wenen en noem maar op staan dan allemaal op hun beurt te wachten om op te stijgen. Het duurt zo'n 20 minuten en dan zijn wij aan de beurt. 350 Man zitten met hun tafeltje ingeklapt, de stoel omhoog en de riemen vast. Door de cabine krijgen we alle veiligheidsvoorschriften te horen en de stewardessen staan in het gangpad om dit te demonstreren, waarna de flaps uitgaan, alle vier de motoren op volle snelheid worden gezet en we over startbaan 13L razen. Na, ik gok zo'n halve minuut komen we los van de grond, worden de wielen ingetrokken en krijgen we een uitzicht over New York. We maken een draai naar de oceaan en vliegen over Long Island richting Canada. Het duurt aardig lang voordat New York écht aan de horizon verdwijnt en even daarna verlaten we ook Long Island. We zitten boven wat lichte bewolking en komen in de buurt van Boston, gaan dan over Canada heen en dan wordt het pikzwart buiten met alle sterren helder aan de hemel.



De vlucht naar Madrid verloopt soepel: het avondeten is lekker, we krijgen vaak wat te drinken aangeboden (mijn stewardess heeft het ideaal in haar hoofd zitten dat ze haar lippen moet tuiten iedere seconde dat ze door het gangpad loopt wat er nogal komisch uitziet) en boven de oceaan gaat het licht uit zodat we de gelegenheid krijgen om wat te slapen. Ik slaap niet zoveel maar luister naar mijn muziek en voordat ik het weet gaan de lichten weer aan in de cabine en wordt ons ontbijt voorgezet: een muffin, een lekker croissantje met ham en kaas, een bakje fruit en koffie of thee. Op dat moment zie ik ook de eerste lichten van Spanje aan de horizon verschijnen en zo'n uur later, als het nog donker is in Madrid, zetten we voet (of eigenlijk wiel) op Europese bodem. Amerikanen vullen hun landingskaarten in maar ik als inwoner van de EU hoef nergens rekening mee te houden. Het valt me weer op wat een on-ge-lo-fe-lij-ke bende passagiers achterlaten na zo'n lange vlucht: overal door de cabine liggen dekens, kussens, tijdschriften, sokken, afgerukt plastic, ontbijtboxen, opfrisdoekjes en noem maar op. Ik loop met mijn slaperige hoofd (het voelt aan alsof het 2 uur 's nachts is) de terminal in en doe er dan een hele tijd over voordat ik bij mijn volgende gate ben. De terminal van Barajas lijkt oneindig maar tenslotte kom ik uit bij immigrations, waar een norse grensambtenaar mijn paspoort bekijkt en me dan toegang verschaft tot Spanje. Ik neem de trein van terminal 4S naar terminal 4 en mag, tegen mijn wens in, weer door de hele riedel die security heet. Hier kennen ze schijnbaar geen tafels want ze verwachten dat ik zelf met 4 bakken met mijn eigendommen erin rond ga lopen totdat ik een keer vooraan in de rij sta.
Ik loop daarna snel naar mijn juiste gate en vind er gelukkig een toilet waar ik een plons water in m'n gezicht kan gooien en m'n tanden kan poetsen. Als eerste neem ik vervolgens plaats in de wachtruimte voor de vlucht naar Amsterdam. Als we gaan boarden kom ik erachter dat er zich echter een hele rij door de terminal heeft gevormd: heb ik weer, ben ik er als eerste en mag ik als laatste aan boord gaan. Een beetje misselijk ga ik aan boord waar mijn stoel al bezet is. Ik geef aan toch graag de raamstoel te krijgen, maar de Rotterdammer schijnt het maar niet te begrijpen en moe als ik ben besluit ik er geen stampij van te maken en de stoel in het midden te nemen. Na het opstijgen val ik boven Madrid meteen in slaap en ik word anderhalf uur later wakker boven de Nederlands-Belgische grens. Ik ben bijna thuis. Ik vind het leuk om mijn familie weer te zien maar ben er al op voorbereid de Amerikaanse cultuur, levenswijze en veel vrienden te gaan missen zodra we neerkomen op Nederlandse bodem. Dit gebeurt om 11:00 uur als we boven een grauw Nederland dalen en landen op Schiphol - ik ben ''thuis'', terug in Nederland.
Vanaf de D-pier volg ik de menigte naar de baggage claim van de schengen-vluchten en daar duurt het zo'n 20 minuten voordat mijn tassen van de band af komen rollen. Ik zet ze op een karretje en neem de uitgang ''nothing to declare'', waar ik wat zenuwachtige secondes beleef. Ik heb er geen zin in om eruit gepikt te worden en al m'n koffers te moeten openen, maar dit gebeurt gelukkig niet. Ik loop door de schuifdeuren en word daar door m'n familie met groot gejuich welkom geheten. Zelfs zus Tara en haar vriend Rahif zijn uit Parijs een week naar Nederland gekomen en staan er met een grote ''Welkom thuis!''-ballon! Wat een verrassing! Ik heb ze zoveel te vertellen en zoveel te laten zien!



Als ik thuis ben is het weer even wennen en raar om thuis te zijn, 's avonds komen zus Nine en Niels naar Veghel om er Nine's verjaardag te vieren en zodat ik wat souvenirs uit kan delen - want mijn familie ben ik in Amerika natuurlijk niet vergeten. Vergeten ben ik ze niet, maar ik heb ze ook geen seconde gemist wat sommigen misschien wel voorspeld hadden. Met Facebook, Twitter, e-mail, blogs, MSN en mobiele telefoons is het voortaan zo gemakkelijk contact houden dat ik niets van het leven hier heb gemist en zij ook mijn hele avontuur hebben kunnen volgen.

Terugkijken op..
..een onvergetelijk avontuur! Ik ben nu alweer bijna twee weken terug in Nederland en denk nog iedere dag terug aan mijn tijd in de Verenigde Staten. Wat ik heb meegemaakt, wat ik heb geleerd, wie ik heb ontmoet en hoeveel ik heb gezien. Het is fijn te weten dat ik op eigen benen kan staan. Door een dik jaar voor vertrek te zijn begonnen met het maken van plannen, heb ik extra lang af kunnen tellen - wat soms vervelend is maar waardoor ik wel de tijd heb gekregen om alles goed te organiseren, de beste deals mee heb kunnen pikken en veel voorpret heb gehad. Ik wilde per sé vertrekken met een gymnasiumdiploma op zak, zodat ik geen smet op mijn vakantie zou hebben. En dat is me allemaal gelukt, en daar ben ik heel blij en ook heel trots op.



En nu?
Eergisteren ben ik verhuisd naar Groningen. Ik ga er volgende week beginnen aan de Rijksuniversiteit van Groningen met een bachelor American Studies. Voor meer informatie: http://www.rug.nl/let/americanstudies/
Ik kijk er naar uit om over een week te beginnen. Ik weet nog niet wat ik na mijn studie wil gaan doen, en heb er dus voor gekozen om iets te gaan studeren wat aansluit bij mijn interesses. Dan moet de rest ook wel goedkomen.
Ik heb een kamer op loopafstand van de binnenstad en heb alles wat ik nodig heb in de buurt. Volgende week ga ik een weekend naar Schiermonikoog met alle andere propedeuse-studenten van American Studies zodat ik hopelijk vlot mensen leer kennen hier. Ik loop morgen ook een middag mee bij First in Jeans om te kijken of het een geschikte bijbaan voor me is, zo kan ik mooi werken naast mijn studie en dus geld sparen voor mijn studentenleven en een volgende reis. Want reizen wil ik blijven doen, en nu ik nog jong ben heb ik er de tijd en mogelijkheden voor. Ik hoop snel terug te kunnen gaan naar de Verenigde Staten (misschien aankomende zomer, of de zomer erna) maar wil me niet limiteren tot het land van mijn dromen want er is zoveel meer te zien. Een rondreis maken in Azië en daar ook de grote steden Hong Kong, Bangkok, Singapore en Tokyo bezoeken lijkt me geweldig. Maar ook Zuid-Amerika trekt me, en India en de Carribean staan ook hoog in de lijst. Er is zoveel te zien en zoveel te doen op onze grote ronde bol dat men nooit uitgereisd kan zijn.

En vergeet nooit: ''The world is a book, and those who do not travel read only one page''

Weblog
Ik weet nog niet of ik doorga met bloggen, ook al heb ik wel veel positieve reacties gekregen op mijn blogs. Als ik weer mijn koffer inpak en op reis ga, zal dat jullie vast niet ontgaan. Als je je aan de rechterzijde van deze pagina inschrijft voor mijn weblog, word je per e-mail op de hoogte gehouden van nieuwe blogs.

Heel erg bedankt voor het lezen van mijn blog en hopelijk tot gauw! Het was een waar genoegen om voor jullie te schrijven, ik heb er veel plezier aan beleefd.

Derk

hadegeus@gmail.com

PS. Ik zou het leuk vinden om een reactie te zien van degenen die mijn weblog lezen, zodat ik een idee heb van wie mij heeft gevolgd.

zaterdag 27 augustus 2011

My last days in a New York state of mind

Het weer was mijn hele reis goed, maar op zondagochtend heb ik mijn eerste regen na 5 weken in dit land. Het regent een klein beetje, dus ik besluit zonder paraplu op pad te gaan. Eerst ontbijt ik in het Birch café, in de lobby van mijn ho(s)tel. Birch is niet goedkoop, maar het ontbijt is lekker en er wordt me zelfs cappuccino-art voorgezet - ik ben klaar om op pad te gaan, op pad naar Harlem! Harlem is een wijk in het noorden van Manhattan en grenst aan The Bronx. Harlem had een slechte naam en is vooral een wijk waar African-Americans wonen, maar heeft in de afgelopen jaren haar naam gezuiverd. Als toerist kun je er nu overdag veilig over straat gaan. Ik ga er naartoe omdat ik naar de kerk ga.
Als ik de metro uitloop regent het hard, maar door van luifel naar luifel te rennen bereik ik uiteindelijk de Abysinnian Harlem Church. Tot mijn verbazing staat er al een lange rij tot op de hoek, en tot nog grotere verbazing heb ik daar anderhalf in moeten staan wachten. In de stromende regen. Gelukkig ontmoet ik al meteen een groep Spanjaarden die mij omstebeurt onder hun paraplu laten staan. Zelf krijgen ze te horen dat ze met hun broeken de kerk niet konden betreden, dus kopen ze voor 5 dollar tweedehands spijkerbroeken, die op het eerste zicht oké waren maar waar we uiteindelijk hard om staan te lachen. Ze zien er niet uit en zijn óf veel te klein, óf veel te groot!
Het wachten duurt lang maar het is het uiteindelijk helemaal waard, want er is iets bijzonders in de kerk: er is een heus gospelkoor aanwezig!
Als toeristen worden we welkom geheten en dan begint de pastoor te preken. Hij doet dat niet zoals een pastoor in Nederland zou doen, maar hij daagt de bezoekers uit om reactie's te geven en die worden volop gegeven! Mensen zitten met hun handen in de lucht, de pastoor preekt/schreeuwt door de kerk en als hij klaar is met zijn interessante preek, begint het gospelkoor uit volle borst te zingen. En te klappen, want dat hoort erbij - totdat de hele kerk zit te klappen en het gospelkoor staat te dansen. Eén iemand stapt naar voren, gaat solo en leidt de rest van het koor terwijl er beneden met vol enthousiasme op de piano wordt gespeeld. Een hele beleving! Helaas geen foto's of video's, dat werd niet geaccepteerd.
Het blijft helaas stortregenen en ik krijg bericht dat ''flooding New York'' in Nederland op de televisie is. Bizar vind ik het: er staan dan wel straten en kelders blank, maar als dat in Amsterdam gebeurt staat het waarschijnlijk niet eens op de laatste pagina van de New York Times. Ik vindt het een goed idee om een paraplu te kopen en Fifth Avenue te gaan bezichtigen, waar ik o.a. twee Starbucks mugs koop en een baseball pet. Ik slaag vervolgens bij de Abercrombie & Fitch waar ik voor broer Joep en mijzelf t-shirts koop. Ik drink een grote cola bij de MC Donald's op Times Square, praat er een tijdje met Nick en Gordon uit San Francisco en ga vervolgens mijn koffers voor Boston pakken in mijn ho(s)tel…

''See Manhattan I cried, New York! even at sunset it doesn't shine but stands in fire, charcoal to the waist.'' --- Grace Paley

…waar ik aankom en iedereen in bed een boek ligt te lezen. Enigzins verrast daarover plof ik ook maar op m'n bed en lig ik twee uur krom van het lachen met Shabanna, die uit Londen komt en ook op mijn kamer slaapt. Ze adviseert me om mijn busticket van Greyhound naar Megabus om te ruilen: deze bussen zouden schoner en veiliger zijn. Dit doe ik dan maar voor 12 euro en uiteindelijk heb ik inderdaad 's nachts een schone en veilige busrit. Nadelen waren dat het wifi kapot was en dat de stoelen uitermate oncomfortabel waren, maar goedkoop was het wel! Tijdens de rit, die van 1:30AM tot 6AM duurt, word ik vaak wakker van een slecht wegdek tussen New York en Boston, het voelt alsof er soms hele diepe gaten in het wegdek zitten. Na weinig slaap word ik keurig op tijd aan Boston's South Station afgezet.

Tegelijkertijd met de bus is ook de regen noordwaarts gegaan waardoor ik twee uur lang door een regenachtig Boston dwaal. Ik drink wat bij de Starbucks, eet wat bij de Dunkin' Donuts en buiten loop ik door natte straten, langs natte gebouwen, in natte schoenen, in een benauwde stad.. Ik heb het er niet naar m'n zin en ik weet dat het weer in New York beter is dan hier. Mijn vlucht gaat pas om 6 uur maar het vliegveld ligt niet ver van het centrum, dus ik ga naar Logan Airport en laat daar mijn vlucht omboeken naar een eerdere vlucht van 3 uur 's middags. Wat een leuke dag in Boston had moeten zijn, loopt uit op een dag in Terminal C van Boston Airport. Buiten zie ik donkere wolken en de vertragingen zijn niet op één hand te tellen. Tot grote irritatie heeft mijn vlucht 2,5 vertraging en heb ik uiteindelijk 8,5 uur op het vliegveld zitten wachten op mijn vlucht naar Newark. Ik heb bijna niets van Boston gezien en als we wegvliegen wordt er gewaarschuwd voor zware turbulentie. We zitten meteen voor lange tijd in de donkere wolken en vies als ik me voel vlieg ik naar Newark airport, op een half uur per trein van New York. Deze dag is verpest, maar het voelt goed om weer terug te zijn in New York. Boston is een stad waar ik nog maar eens met zonnig weer naar terug moet gaan, maar dan blijf ik voor langer dan 24 uur zodat ik er zeker van ben dat ik goed weer te pakken heb.
Balend als een stekker ben ik terug in mijn ho(s)tel rond 8 uur, waar ik meteen onder de douche spring waarna ik richting Times Square vertrek - en daar wordt mijn dag weer goed gemaakt! Ik ontmoet er op de rode trappen een hele groep jongeren waar ik de avond van mijn leven mee heb. Shanique, Alberto, Jamaisa, Sashanna, Rohan, Yemoo en Luckas wonen in Queens en zijn echte New Yorkers. We praten veel en Jamaisa laat ons daarna zien hoe je ''dougie'' danst. ''Yeah bro, ya in black America''. Ik wil op dinsdag beginnen met een tour op Ground Zero en daarom vroeg in bed liggen, maar het is zo gezellig dat ik heel laat aankom in mijn hotel op west 27th street. Maar dat maakt niet uit, ik ben het uit San Francisco gewend om in de zomervakantie mijn wekker te zetten!


Na een paar keer snoozen sta ik op tijd naast mijn bed. Ik ontbijt weer bij Birch café en ga naar Ground Zero, in Lower Manhattan. De tour van 11 uur zit vol, dus ik besluit voor die van 12 uur te gaan en eerst het museum door te lopen. Ik bezocht het museum ook in 2009 en dit keert maakt het weer veel indruk. Je wordt er stil van als je de vele citaten ziet, de uitspraken leest, de angst van de New Yorkers op die zwarte dag uit hun geschiedenis voorgeschoteld krijgt en je de oneindige hoeveelheid doden gepresenteerd krijgt. In het museum staat een raam van het vliegtuig dat de toren inboorde, kun je een stuk metaal van het gebouw vasthouden (hoe in hemelsnaam heeft dit ooit in kunnen storten?) en staan veel attributen tentoongesteld zoals een boarding pass die gevonden is en alledaagse voorwerpen als huissleutels en mobiele telefoons van werknemers uit het WTC. In de eerste ruimte hangen veel ''vermist!''-papieren met foto's waar familie's wanhopig naar hun moeder, vader, zoon, dochter, neef of nicht en noem maar op zoeken. Als men het museum door heeft gelopen eindigt men in een vierkante ruimte waar de muren van plafond tot aan de vloer vol hangen met foto's van overledenen.. Daartussen hangen ook helden die hun leven hebben geofferd voor de levens van velen anderen die niet aan de muur hangen. Op een scherm aan de muur verschijnen één voor één alle namen van de overledenen en daarnaast hangen plakkaten waar de namen op alfabetische volgorde op zijn genoemd. Het is er doodstil. Ik ga zitten op het bankje in het midden en kijk naar alle foto's aan de muren: mannen, vrouwen, jong, oud, moeders, vaders, zonen, dochters...
Dan is het tijd om aan de tour te starten en deze wordt gehouden door Tracy en Robert. De tour begint met een bezoek aan het monument dat aan de nabestaanden is geschonken door de NYPD, mijn oog valt er op de bos tulpen die Nederlanders er neer hebben gelegd. We lopen naar het World Financial (!) Center en ondertussen schetst Tracy voor de groep een beeld van Ground Zero: ze legt uit waar welke gebouwen stonden, welke schade is aangericht aan andere gebouwen en hoe het concept voor het nieuwe World Trade Center eruit ziet. Vanuit het World Financial Center hebben we een uitzicht van bovenaf op de bouwput waar hard wordt gewerkt aan de nieuwe toren.


Tracy vraagt ons allemaal om in het atrium van het kantoorgebouw op de grond te gaan zitten terwijl zij start met haar verhaal. Tracy woonde in Brooklyn op 11 september 2001 en ging 's ochtends naar haar werk, ze had er een kantoor zonder telefoon, televisie of computer maar werd rond 9 uur 's ochtends door haar man gebeld: ''Waar werkt Terry?'' Terry, haar zoon, werkte op de 104e verdieping van het World Trade Center en toen Tracy hoorde dat er een vliegtuig in zijn gebouw was gevlogen, dacht ze meteen aan een klein sportvliegtuigje. Het gebeurt vrij regelmatig dat kleine sportvliegtuigjes tegen torens in New York aan vliegen en de schade is vaak te overzien. Het telefoonnetwerk was die ochtend overbelast maar een vriend van Terry had contact met hem gehad, Terry vertelde hem dat ze in de toren gingen evacueren en dat hij onderweg naar huis was. Tracy heeft de hele dag gewerkt tot 5 uur en zag thuis pas de beelden op de televisie, toen pas besefte ze wat er aan de hand was in haar stad. Een week lang heeft ze met haar man alle wijken van New York doorzocht naar haar zoon Terry. Terry is nooit thuisgekomen… Toen 5 dagen later het eerste slachtoffer van 9/11 werd herdacht, hebben Tracy en haar man besloten om alle familie naar New York te laten vliegen, zodat ze Terry met zijn allen konden herdenken. Er is nooit meer iets van hem gevonden. Tracy hoopt iedere dag te horen dat er DNA van hem is gevonden in wat nu Ground Zero heet, maar die kans wordt steeds kleiner.
Tracy en Robert geven samen met 250 anderen tours aan bezoekers van New York, zodat zij ook voor zichzelf hun verhalen kunnen verwerken. Robert werd op 9/11 gebeld door de brandweer uit New York. Hij woonde en werkte ongeveer 45 minuten buiten Manhattan en was brandweerofficier. Hij werd opgeroepen om met zijn mannen naar Manhattan te komen. Op het moment dat Robert de toren wilde gaan beklimmen en zich aan de entree van het gebouw bevond, stortte de toren in. Hij werd wakker onder het puin maar heeft het overleefd doordat hij wist te ontsnappen van Ground Zero. Hij is met veel botbreuken naar de rivier de Hudson gerend waar hij de eerste hulp aangeboden kreeg. Vanaf daar is hij naar het ziekenhuis gebracht waar hem een lang herstel en vele operaties stonden te wachten.

Vijf maanden later keerde hij pas terug naar waar ooit het World Trade Center stond. Het is volgende maand 10 jaar geleden dat het drama zich afspeelde in de hoofdstad van de wereld en beide gidsen geven aan dat ze ieder jaar, wanneer 11 september nadert, meer rondom Ground Zero te vinden zijn om tours te geven. Ze hebben het veel over de grote positieve kant van 9/11 (ook al klinkt dat heel crue) dat ze er sinds die dag veel vrienden bij hebben en zich verbonden voelen in een warme gemeenschap met andere New Yorkers. Tracy en Robert hopen dat alle toeristen hun verhalen meenemen naar huis en ze daar te delen met anderen.




zondag 21 augustus 2011

The Capital Of The World And Its Energy


Het kost me wat moeite maar na wat geschuif heb ik eindelijk een raamstoel aan de rechterkant van de trein weten te bemachtigen: ik hoop zo straks goed uitzicht te hebben op de skyline van New York. Het is al donker buiten als we de buitenwijken van New York binnenrijden, we zijn nog in de staat New Jersey. Vanaf het moment dat we deze buurten binnenrijden duurt het nog zo’n drie kwartier voordat we daadwerkelijk in New York zijn. We stoppen bij Newark Airport waarna ik rechts van me, in de verre verte, de piek van het Empire State Building zie. Ik ben razend enthousiast en krijg een adrenalinekick als ik Manhattan dichterbij zie komen. De wolkenkrabbers worden zichtbaar en voordat ik het weet zitten we in de tunnel naar Manhattan; we gaan onder de Hudson river door en bereiken de stad New York in haar gelijknamige staat. Vanaf het perron loop ik de stationshal van Pennsylvania Station binnen en vervolg ik mijn weg naar de subway. Ik lach in mezelf: ik ben terug in New York City, in Skyscraper National Park! De eerste metrorit is geen succes: ongewenst beland ik met koffers en al op Times Square. Ik moet naar de 27e straat en neem de subway terug naar Penn Station waar ik besluit een taxi aan te houden. Yellow cabs zijn er overal en voor 10$ word ik naar het Gershwin Hotel gebracht, niet ver van het Empire State Building en het Flat Iron building.



Het Gershwin Hotel is een enigzins raar en artistiek hotel, waar enkele filosoof-achtige types rond lijken te lopen. Ik heb een dormitory geboekt en weet dat ik in een kamer slaap met 8 anderen. Ik ben benieuwd hoe dat is, maar het valt me alleszins mee. De kamer bestaat uit twee kamers met ieder 4 bedden en ik tref voor mij een schoon bed aan en leuke kamergenoten. Ik durf er mijn spullen onbeheerd achter te laten en de stad in te gaan. Ik pak de subway naar Times Square waar ik mijn camera uit m’n broekzak trek en aan het fotograferen ga. Toen ik in 2009 in New York was, was het niet zó druk: de menigte is eindeloos! Het duurt me even voordat ik de T.G.I. Friday’s bereik, maar als ik daar aankom staat Vladimir al op me te wachten. Vladimir komt uit Rusland en heb ik ontmoet via het internet, via de nogal onnozele website Omegle. Op Omegle kunnen mensen die zich vervelen praten met ‘’stranger’’: een ander willekeurig persoon op aarde die zich ook verveelt en ook op Omegle zit. Je weet niets van elkaar, alleen dat de ander ‘’stranger’’ heet. Ik raakte met Vladimir aan de praat en we voegden elkaar toe op Facebook, waar we regelmatig contact hebben. Vladimir woont nu voor een paar maanden met vrienden in New York, puur voor de ervaring. We besloten, nu ik zijn stad bezoek, wat te eten op Times Square. Ik bestel een grote hamburger en cola en we hebben het over San Francisco, waar Vladimir de dag erna naartoe vliegt om een andere vriend te bezoeken. Ik was bang dat Vladimir’s Engels even onverstaanbaar zou zijn als het Engels van de Russische Ivan die in mijn klas zat in San Francisco, maar het valt gelukkig allemaal mee.

''The use of traveling is to regulate imagination by reality, and instead of thinking how things may be, to see them as they are'' --- Samuel Johnson

Als we klaar zijn bij de T.G.I. Friday’s lopen we naar de Apple Store op Fifth Avenue waar ik voor zus Tara een iPhone-hoesje koop. De Apple Store wordt verbouwd en staat in de steigers, maar hij is nog steeds 24/7 geopend. We vervolgen onze weg naar Central Park, wat er in de nacht erg mooi uitziet. Grote delen zijn verlaten en ik heb gehoord dat er nog wel eens tuig rond wil open, dus we blijven aan de rand van het park en lopen naar Strawberry Field: een monument ter nagedachtenis aan John Lennon, die er niet ver vandaan werd vermoord. Yoko Ono heeft in 1980 op Strawberry Field de as van John uitgestrooid. We zien het Dakota gebouw waar John Lennon woonde en de bewaker staat het toe dat we er een foto van maken voordat we naar Columbus Circle lopen vanwaar we allebei een andere trein nemen. Ik kom rond half 2 aan bij het Gershwin hotel en duik snel m’n bed in.








De zon schijnt weer en ik ga vroeg mijn bed uit want voor deze vrijdagochtend heb ik tickets voor het Statue of Liberty besteld. Buiten schijnt de zon fel, ik gok dat het zo’n 30 graden celcius is. Ik heb eerder dit jaar via het internet een speciaal ticket gereserveerd dat me toegang geeft tot de kroon van het beeld, de beveiliging ervoor is weer extreem. Tweemaal word ik door een metaaldetector geleid, m’n laptop moet uit m’n tas en aangezet worden, al mijn spullen moeten in een kluisje (behalve mijn fototoestel) en tot slot word ik in een pufjescabine gezet waarmee wordt gezocht naar explosieven op mijn lichaam. Natuurlijk wordt er niets aangetroffen en uiteindelijk is het het allemaal waard. In de kroon zijn maximaal 10 bezoekers welkom door de beperkte ruimte, dus ik voel me weer vereerd. Een claustrofobische trap leidt me naar de top vanwaar ik een mooi uitzicht heb op New York en Newark. In de verte wordt Coney Island voor me aangewezen door de park ranger, die de hele dag in de warme kroon foto’s van toeristen maakt. Het nadeel aan een bezoek aan het Statue of Liberty is het lange wachten voor en op de boot. Ik raad enkel aan de ferry te pakken als je kaartjes voor de kroon kunt bemachtigen, anders kost het heel erg veel tijd. De ferry brengt je van Battery Park, aan de zuidpunt van Manhattan, naar het Statue en vandaar terug naar Battery Park via Ellis Island. Ik stap niet af op Ellis Island en bewaar het voor mijn volgende bezoek aan de stad die nooit slaapt.
Terug op Manhattan besluit ik naar Ground Zero te lopen waar ik in 2009 het indrukwekkende museum bezocht dat alle helden en slachtoffers van de zwarte dag uit September 2001 eert. Alle tours zitten vol voor de rest van de dag, dus ik wil zeker een andere dag terugkeren. Omdat ik veel tijd heb verloren met het wachten op de ferry voor het Vrijheidsbeeld, ga ik me opfrissen in het hotel/hostel maar eerst maak ik een stop bij Wall Street, waar de grootste beurs van Amerika gehuisvest is. Ik heb afgelopen week van verschillende mensen de vraag gekregen of ik iets merkte van de kelderende dollarkoers: ik heb er weinig van meegekregen maar voor Wall Street waren de reporters en tv—verslaggevers niet op een hand te tellen. Er stonden veel toeristen voor het gebouw, net als ‘’positieve betogers’’, zoals ze zichzelf noemen, en veel media.

In de avond ga ik terug naar Times Square waar ik voor makkelijk en snel ga en dus, wel voor de eerste keer tijdens mijn verblijf in de VS, bij de McDonald’s eet. Ik ga zitten aan een soort bar die tegen het raam aan staat, vanwaar ik uitzicht heb op de stroom toeristen die voorbij loopt. Een leuk uitzicht en makkelijk, maar snel wordt het niet als Jina naast me komt zitten en we anderhalf uur praten over New York, mijn reis en leven in Amerika. We beloven elkaar in contact te blijven, maken een foto en voegen elkaar vervolgens op Facebook toe.

Op zondag neem ik veel tijd om op te staan en wil ik een tour gaan boeken bij het Ground Zero 9/11 Museum, maar ik stel het uit en pak de metro naar Coney Island. Een drie kwartierdurende rit brengt me naar het einde van Brooklyn, naar het beroemde strand dat vol ligt met New Yorkers. Er is een heus attractiepark aanwezig en een grote markt, een grote boulevard en een groot, schoon en mooi zandstrand. De zee is mooi, schoon en vliegtuigen vliegen over om te gaan landen op JFK airport (wat voor mij dan weer een mooi uitzicht is). De zon schijnt fel en ik gok dat het zo’n 35 graden celcius is, kortom: de sfeer is er goed en het is een prima stranddag! Ik leg er mijn strandlaken neer en lig de rest van de middag op het strand.

Derk